logo Gemeente Tilburg Gemeente Tilburg

Ruud

Ruud is het grootste deel van zijn volwassen leven werkzaam in de muzieksector. Als programmeur, organisator en sinds kort Nachtburgemeester van Tilburg ziet hij graag dat iedereen veilig en vrij de dansvloer op kan en de straat over. Maar dat is een missie die hij niet alleen kan dragen, daar moeten we allemaal de schouders onder zetten. “Je hoeft niet altijd de held uit te hangen, je kunt ook achteraf inchecken bij mensen. Dat doet volgens mij ook veel.”

“Mijn vriendin, collega’s en andere vriendinnen van mij maken dagelijks wel iets mee. Als je tien vrouwen vraagt, krijg je tien verhalen over straatintimidatie. Verhalen over verwarde personen die je achtervolgen, maar ook over mannen met kinderzitjes achterop de fiets die je naroepen. Ik vind het bizar dat dit in onze stad gebeurt,” vertelt Ruud.

“Als je tien vrouwen vraagt, krijg je tien verhalen over straatintimidatie.”

Straatintimidatie lijkt de normaalste zaak van de wereld maar volgens Ruud is het zaak dat we de norm aanpassen. “Ook in het uitgaansleven kom ik het te vaak tegen. Mannen die op vrouwen afstappen met overduidelijk verkeerde bedoelingen. Als Nachtburgemeester wil ik het nachtleven veiliger maken. Ik praat veel met de gemeente, organisatoren en venues in de stad om zo samen een beweging in gang te krijgen. In de nachtvisie die we samen formuleren gaat dit onderwerp volop aandacht krijgen. Tilburg moet een plek zijn waar iedereen zich veilig kan voelen in het nachtleven, vrij om te dragen wat je wil, kunnen dansen en naar huis gaan zoals jij wil.”

Straatintimidatie is een probleem dat verzacht kan worden door sterke omstanders. Samen kunnen we een vangnet vormen rondom de mensen die er dagelijks mee te maken hebben. Maar goed omstanderschap begint met omkijken naar elkaar. “Ik merk dat veel mensen nog niet goed weten hoe ze op straatintimidatie moeten reageren als omstander. Wat ze moeten doen als ze iets zien gebeuren. Ik wil met deze campagne bijdragen aan bewustwording over wat je als omstander kunt betekenen voor andere mensen.”

“Ik merk dat veel mensen nog niet goed weten hoe ze op straatintimidatie moeten reageren als omstander.”

Ruud’s stijl van omstanderschap is afhankelijk van de situatie. Als de situatie zich er voor leent, springt hij ertussen. Maar als het niet kan, dan checkt hij achteraf of iemand oké is. “Een bekende van me liep laatst over straat toen een man haar zomaar probeerde te zoenen. Ik zag dat gebeuren en ik was er gelukkig op tijd bij om te helpen. Dan spreek ik die persoon aan: ‘Wat gebeurt hier? Wat denk jij?' Die gast was er aardig vanaf. Dus die trok zelf zijn mond open: ‘Wie ben jíj́? En wat moet je?’ Gelukkig droop hij snel genoeg af. Maar het gebeurt ook weleens dat er drie of vier jonge gasten denken dat ze alles kunnen maken. Dan ga ik daar ook niet zomaar tussen springen, daar voel ik me ook door geïntimideerd. Dus je moet de situatie goed lezen.”

“Het is natuurlijk heel goed als je de dader aanspreekt en daarmee een dreigende situatie doorbreekt. Maar het is niet voor iedereen weggelegd. Hoe groter, hoe breder of hoe agressiever de blik, hoe terughoudender ik zelf ook ben. Maar je kunt altijd checken of iemand achteraf oké is. Dat laatste is het belangrijkste waarom ik meedoe: je hoeft niet altijd de held uit te hangen of ergens tussen te springen, maar je kunt wel altijd achteraf nog even inchecken bij mensen. Dan kan iemand even het verhaal delen, voelen ze zich gehoord en gezien. Volgens mij doet dat ook veel. Dat je zegt: ik zie dat jij dit meemaakt, ik ben er. Ik hoop dat we met deze campagne dat meer voor elkaar krijgen. Dat mensen naar elkaar omkijken.”